Voor we de terugreis beginnen, wil ik zeker nog een bezoek brengen aan Kvitsøy, een eilandengroep bij de ingang van de Boknafjord. De Boknafjord is de grote baai met tientallen eilanden ten noorden van Stavanger.
Nu we uit de diepe, smalle Lysefjord zijn, kunnen we weer zeilen. Het wordt opkruisen tegen een stevige noordenwind. Onderweg kruisen we de Atlantica, een prachtige Zweedse houten tweemaster.


Kvitsøy is een archipel, waarvan gezegd wordt dat hij bij hoogwater bestaat uit 365 eilanden, rotsen en rotsjes, en dat er bij laagwater nog eens 180 bij komen. We hebben ze niet nageteld, maar het is hoe dan ook een doolhof. Gelukkig zijn de vaarroutes goed bebakend. Je vraagt je af hoe zeelui hier vroeger bij slecht zicht en ruwe zee veilig langs kwamen.




Kvitsøy heeft iets meer dan 500 permanente bewoners. Zowat alles hier is gedomineerd door de zee: naast de grote vuurtoren staat het controlecentrum voor de scheepvaartroutes rond het eiland. Het is hier behoorlijk druk met de aanlooproutes voor Stavanger, Haugesund en Karstø, de grote terminal voor Noordzeegas hier even verderop.






Zoals overal in Noorwegen zijn de huizen hier zeer netjes, perfect onderhouden. Er wordt ook nog bijgebouwd, de ferry’s varen onophoudelijk af en aan, dit geeft zeker niet de indruk van een uitstervende gemeenschap. We hebben welgeteld 1 winkel gezien: een nieuwe Coop-supermarkt waar je echt alles kan vinden. Er staan ook een paar tafeltjes en je kunt er gratis een kop koffie drinken, een kans die Jan en Jim, mijn Nederlandse opstappers, natuurlijk niet laten liggen.

Als afscheid aan dit schitterende gebied van fjorden en eilanden kan het tellen, dit is de perfecte, natuurlijke overgang naar de open zee.
